Bij het vlechten wordt gebruik gemaakt van natuurlijke materialen van plaatselijke struiken en bomen uit de omgeving van de boerderij, zoals wilg, berk, lariks of hazelnoot. Door hun veelzijdigheid op het vlak van materiaal, vorm en kleur bieden ze tal van ontwerpmogelijkheden. Bovendien kunnen wilgen door hun buigzaamheid heel goed worden gevormd. Het vlechten betekent dus naast handwerk ook creativiteit en individualiteit.

Dit handwerk vergt veel tijd, geduld en handvaardigheid en is groot precisiewerk. De verse takken en twijgen worden in de lengte uitgesneden, met vakmanschap gelijkmatig gebroken en zo van de schors ontdaan. Dan wordt het basisraamwerk van het werkstuk gelegd en kan het eigenlijke vlechten beginnen. Om dit te doen, wordt tak na tak vakkundig samengevlochten. Als de twijgen al gedroogd zijn, moeten ze enkele dagen in water worden geweekt en vóór de verwerking buigzaam worden gemaakt.

Voorwerpen van vlechtwerk zijn onder meer klassieke en moderne manden in alle maten en vormen, siervoorwerpen, maar ook schalen, lampen en zelfs tassen. De schoonheid van elk product zit in het detail.